"Eten is onze taal"

"Eten is onze taal"

Turks echtpaar kookt maandelijks bij Voorschoten Voor Elkaar

Stel je voor: je moet je thuisland ontvluchten en komt in Nederland terecht, zonder contacten of kennis van de Nederlandse taal. Wat doe je dan? Het Turkse echtpaar Ali en Gul klopte aan bij Voorschoten Voor Elkaar. Daar koken zij nu eens per maand voor een grote groep Voorschotenaren. Op die manier leren zij nieuwe mensen kennen en verbeteren zij hun Nederlands, maar kunnen ze ook iets terugdoen voor alle hulp die zij ontvangen.

Door: Anne van den Dool

Aan het begin van het gesprek ontstaat even paniek. Ali en Gul willen graag geïnterviewd worden, maar spreken beiden niet goed genoeg Nederlands of Engels om zich verstaanbaar te maken. Gelukkig schiet hun zoon te hulp: van een afstandje belt hij in, lopend door de Leidse binnenstad, de kerkklokken en langsrazende auto’s op de achtergrond.

Het interview vindt plaats bij het kantoor van Voorschoten Voor Elkaar op de Zwaluwweg, op nog geen honderd meter afstand van het huis van Ali en Gul en hun zoon en dochter. Daar wonen zij nu een paar jaar, sinds zij op 19 augustus 2021 naar Nederland kwamen. 

“Die dag vergeet ik nooit meer”, vertelt Ali. “Die datum is heel belangrijk voor ons. We moesten Turkije om politieke redenen verlaten. We hebben alles moeten achterlaten: ons huis, onze vrienden, onze familie, ons werk. Dat was ongelooflijk moeilijk voor ons. We kwamen hier aan met maar een paar koffers. Daarmee moesten we een nieuw leven zien op te bouwen.”

Vrij land

Het gezin kwam niet direct in Voorschoten terecht: zij verbleven eerst in twee asielzoekerscentra, de laatste in Rijswijk. Toen zij vervolgens hun voorkeur mochten opgeven voor een regio, kozen zij voor de omgeving van Leiden, Den Haag en Delft, omdat hun zoon graag hier wilde studeren. Hun dochter volgde op dat moment nog een rechtenstudie aan de universiteit van Skopje, hoofdstad van Macedonië. Zij kwam enkele weken geleden in Nederland aan, nadat zij haar ouders en broer drie jaar niet had gezien.

“We willen zo graag iets
teruggeven voor alle liefde
die we ontvangen”

Het gezin vluchtte vanuit Turkije naar Nederland vanwege de prettige ervaringen die zij eerder met het land hadden gehad. Ali was voor zijn werk als manager op een school een aantal keer in Nederland op bezoek geweest. “Nederland is een vrij land”, zegt hij beslist. “Dit is een democratie. De natuur is ook prachtig, en de mensen zijn aardig. Plus: volgens onderzoek zijn Nederlandse kinderen de blijste ter wereld.”

Nieuw werk zoeken

In Nederland kunnen Ali en Gul het werk dat zij in Turkije deden niet zomaar weer oppakken. Ali was 19 jaar lang docent Turkse taal, literatuur en geschiedenis, voordat hij een leidinggevende functie kreeg. Gul was 18 jaar lang manager in het ziekenhuis. Beiden beseffen ze hoe belangrijk het is om de Nederlandse taal onder de knie te krijgen om in Nederland aan het werk te kunnen. “Ik wil zo snel mogelijk onderwijsassistent worden”, vertelt Ali. Gul had al meerdere sollicitatiegesprekken, onder andere bij een ziekenhuis in Rotterdam, maar kon niet worden aangenomen omdat ze niet goed genoeg Nederlands en Engels sprak.

In de tussentijd is Voorschoten Voor Elkaar een lichtpuntje. Beiden beginnen te stralen zodra de naam van de organisatie valt. Hoe kwamen ze er terecht? “In het asielzoekerscentrum in Rijswijk kookten we voor iedereen”, vertelt Ali. “Toen we naar Voorschoten kwamen en hoorden van het bestaan van Voorschoten Voor Elkaar, zijn we direct naar binnen gestapt. We vertelden ons verhaal en werden meteen met open armen ontvangen.”

Eten als taal

Al snel ontstond het idee om eens in de maand (tijdens de Eat & Meet bijeenkomsten) een Turkse maaltijd te verzorgen. Enkele weken later stonden Ali en Gul al samen in de keuken in Vliethuis, met aan tafel meer dan twintig man. “Iedereen vindt alles lekker”, beweert Gul. “Vooral onze kebab en de baklava vinden ze heel lekker. Het zijn heel bijzondere avonden: we voeren gesprekken in het Nederlands en leren nieuwe mensen kennen.”

Koken voor zulke grote groepen is voor Ali en Gul niet nieuw: in Turkije dekten ze vaak lange tafels om Guls grote familie van eten te voorzien. Gul: “Koken is een van mijn grootste hobby’s. Eten is een bijzondere taal: je hebt er geen woorden voor nodig.” 

Onlangs vierden ze dat ze een jaar bij Voorschoten Voor Elkaar in de keuken staan. Ze zijn voorlopig nog niet van plan om te stoppen. “Zolang we dit mogen doen, blijven we doorgaan”, aldus Gul. “We willen zo graag iets teruggeven voor alle liefde die we ontvangen. Iedereen is zo behulpzaam: mensen willen ons helpen de taal te leren of staan ons bij in onze administratie. De mensen in Voorschoten voelen als onze nieuwe familie.”